Een houten hal in Anost

Vertaald uit FR naar NL

De bouw van ‘la grande halle d’Anost’ werd vorige maand officieel openbaar gemaakt in aanwezigheid van alle projectpartners. Een onderneming, die helemaal in overeenstemming moet zijn met de natuurlijke omgeving van de Morvan.
Eind juni zal de houten hal van 275 m² het gezicht van het kermisterrein in Anost bepalen, te vinden in het verlengde van het gemeentehuis. “Deze plek, waar ooit de ‘Galvachers’* elkaar ontmoetten, kent van een lange sociale en economische geschiedenis,” zei burgemeester Jean-Claude Nouallet, die de symbolische omvang van het project beschreef.

Douglassparren uit de bossen van Anost
Het plan om ‘une grande halle’ te bouwen is al zo’n dertig jaar oud. Dit project heeft geprofiteerd van de technische ondersteuning van het ‘Parc du Morvan’ en het ‘Conseil architecture urbanisme et environnement Saône-et-Loire’ (CAUE). Het raamwerk van de hal wordt volledig opgetrokken uit Douglas hout. De bomen worden gekapt in de bossen van Planchez, slechts ongeveer tien kilometer van Anost.

De bedrijven die meewerken aan de bouw komen allemaal uit de Morvan. Het oorspronkelijke ontwerp was bedacht door het architectenbureau Correia, gevestigd in Saulieu. “Het idee is, om gewelven te maken zoals in de romaanse kunst. Hiervoor hebben we lange stukken hout van kleine doorsnede nodig, die in de bouw meestal niet worden gebruikt”, zegt architect Claude Correia.

Een afspiegeling van de Morvan
Het bedrijf Dufraigne uit Autun coördineert de bouw. Het hout wordt gezaagd bij de zagerijen Brizard (Saint-Léger-Vauban) en Cotineau (Auxy). De opbouw wordt gedaan door de ‘Charpentiers du Morvan’ (Avallon). “We wilden deze hal echt door lokale bedrijven laten bouwen. Het moet een afspiegeling van de hele Morvan zijn,” benadrukt Jean-Claude Nouallet. “Er zijn veel factoren die dit ontwerp tot een innovatief project voor de Morvan maken: Cultuur, economie, gebruikmaken van de grondstoffen, deskundigheid uit de omgeving. Een voorbeeld voor andere opdrachten.”

Terwijl het Fête de la Vielle net zijn 40ste verjaardag heeft gevierd, zullen muzikanten en dansers deze zomer kunnen genieten van een nieuw onderkomen. Het is ontworpen om er culturele en feestelijke evenementen, tentoonstellingen, beurzen en markten te houden, maar het is ook geschikt als overdekt onderdak voor passerende wandelaars. Een verandering die de gemeente ook goed zal uitkomen. Er kan veel geld worden bespaard op het huren, opbouwen en afbreken van tenten voor evenementen.

Aart Sierksma

Bron: lejsl, Une halle en bois “vitrine” du Morvan [Nicolas Manzano]

De ‘galvachers’ waren boeren uit de Morvan die zichzelf met hun ossenkarren verhuurden om zware transportwerkzaamheden uit te voeren. Ze verlieten hun dorpen na het poten van de aardappelen (voorjaar) en keerde terug na St. Martin (herfst). Ze bleven ongeveer zes maanden weg.
Dit beroep groeide sterk in de 19e eeuw en stierf na de Tweede Wereldoorlog uit.

galvachers