Loonongelijkheid

18 november 2019/in Vertaald uit l’yr, Yonne (89) /door Aart Sierksma

Het is moeilijk te geloven, maar in 2019, dus in de eenentwintigste eeuw, is de loonongelijkheid tussen mannen en vrouwen zodanig dat vanaf 5 november, precies om 16.47 uur, vrouwelijke werknemers symbolisch tot het einde van het jaar vrijwillig voor niets werken.

Elk jaar opnieuw is het weer even schrikken als de nieuwe gegevens binnenkomen. De situatie stagneert. De Europese commissarissen luiden de noodklok: ‘Europese vrouwen blijven twee maanden gratis werken in vergelijking met hun mannelijke collega’s’. Volgens het Europese Bureau voor de Statistiek Eurostat is het gemiddelde bruto-uurloon van Europese vrouwen gemiddeld 16% lager dan dat van mannen in Europese Gemeenschap.

Al 60 jaar in de statuten

In het traditionele communiqué tijdens de Europese dag van gelijke beloning, op 4 november, hamerde Frans Timmermans (eerste vice-voorzitter van de Europese Commissie), Marianne Thyssen (commissaris voor werkgelegenheid) en Vera Dayová (commissaris voor Justitie) op deze grote ongelijkheid: ‘Het is 60 jaar gelden dat het beginsel van gelijke beloning werd vastgelegd in de Europese Verdragen, en toch weerspiegelt de dagelijkse realiteit van vrouwen in heel Europa nog steeds niet de wetten van (….)’.

Meerdere oorzaken

De oorzaken achter de loonkloof zijn natuurlijk meervoudig, zegt de EU: ‘Vrouwen werken vaker in deeltijd, ze worden geconfronteerd met het glazen plafond in bedrijven, ze zijn minder aanwezig in goed betaalde sectoren of ze zijn vaak primair verantwoordelijk als het gaat om de zorg van hun gezin. Een manier om deze oorzaken aan te pakken is om het evenwicht tussen werk en privéleven van werkende ouders en verzorgers te verbeteren’.

Een zoveelste richtlijn

Afgelopen januari, in het kielzog van talrijke teksten die al gevalideerd zijn om de loonkwesties van vrouwen te bevorderen, hebben het Europese Parlement en de Raad van Europa een voorlopig akkoord goedgekeurd over een nieuwe richtlijn over het evenwicht tussen werk en privéleven van ouders en verzorgers. De maatregelen bepleitten in het bijzonder om de ondervertegenwoordiging van vrouwen op de arbeidsmarkt aan te pakken en hun loopbaanontwikkeling te ondersteunen door betere omstandigheden te creëren wat betreft werk en privé. ‘Het enige wat nu moet gebeuren is de bestaande richtlijnen in de praktijk brengen. Actie dus’.

Franse vrouwen zijn nauwelijks beter af

De situatie van Franse vrouwen is bijna in overeenstemming met het gemiddelde in de EU. De loonkloof is dit jaar 15.4%. Vorig jaar was het 15.6%. Een kleine vooruitgang in de richting van gelijkheid

dus. Volgens het Inequalities Observatory is de kloof tussen het inkomen van mannen en vrouwen gemiddeld 21% voor leidinggevenden en 8% voor werknemers. En volgens de minister van Arbeid, Muriel Pénicaud, zijn de grootste bedrijven niet bepaald de braafste: 17% van de bedrijven die meer dan 250 werknemers in dienst hebben staan aan de verkeerde kant van de streep’.

.. en de Esten staan onderaan de ranglijst

De rangorde, opgesteld door de EU laat een groot verschil tussen de lidstaten zien. Onder de goede leerlingen in Europa loopt Roemenië voorop met een loonkloof tussen mannen en vrouwen van 3,5%. Luxem

burg en Italië volgen met 5%. Dit stijgt geleidelijk door naar Zweden (12,6%) en vervolgens naar Spanje en Nederland (15,1 en 15,2%); Portugal (16,3%), Finland (16,7%). Het Verenigd Koninkrijk staat op 20,8%; de Duitse buurman op 21%, terwijl de ‘hoofdprijs’ naar Estland gaat met een kloof van 25,6%.

Aart Sierksma

Bron: À partir de 16h47 aujourd’hui, Mesdames, vous travaillez pour du beur